De indefinido in het Spaans
De indefinido (ook wel bekend als pretérito indefinido of pretérito perfecto simple) is een van de verleden tijd vormen in de Spaanse taal. Het wordt gebruikt om te verwijzen naar afgeronde acties of gebeurtenissen die zich in het verleden hebben voorgedaan en geen directe relatie hebben met het heden.
De indefinido wordt vaak gebruikt om te praten over een specifiek moment in het verleden, zoals een eenmalige gebeurtenis of een reeks gebeurtenissen die elkaar opvolgen. Het wordt ook gebruikt om veranderingen of onderbrekingen van een situatie in het verleden te beschrijven.
Hier zijn enkele voorbeelden van de indefinido in het Spaans:
Ayer comí paella. (Gisteren at ik paella.)
El año pasado viajé a España. (Vorig jaar ben ik naar Spanje gereisd.)
La semana pasada terminé de leer ese libro. (Vorige week heb ik dat boek uitgelezen.)
De vervoegingen van reguliere werkwoorden in de indefinido zijn als volgt:
Voor -ar werkwoorden (bijv. hablar):
yo hablé
tú hablaste
él/ella/usted habló
nosotros/nosotras hablamos
vosotros/vosotras hablasteis
ellos/ellas/ustedes hablaron
Voor -er werkwoorden (bijv. comer):
yo comí
tú comiste
él/ella/usted comió
nosotros/nosotras comimos
vosotros/vosotras comisteis
ellos/ellas/ustedes comieron
Voor -ir werkwoorden (bijv. vivir):
yo viví
tú viviste
él/ella/usted vivió
nosotros/nosotras vivimos
vosotros/vosotras vivisteis
ellos/ellas/ustedes vivieron
Er zijn ook veel onregelmatige werkwoorden in de indefinido, zoals ser, ir, tener, estar, poder en hacer, die elk hun eigen unieke vervoegingen hebben.